Meer dan 450.000 mensen op Sulawesi geholpen met Giro555-geld
Zes maanden na de Giro555-actie ‘Nederland helpt Sulawesi’ zijn ruim 450.000 mensen geholpen op het Indonesische eiland. Inmiddels is meer dan de helft van de ingezamelde € 15,6 miljoen besteed en er wordt nog hard gewerkt aan herstel.
Het werk van de organisaties achter Giro555 en hun lokale partners stond vooral in het teken van noodhulp: water, voedsel, onderdak, hygiëne, gezondheidszorg en levensonderhoud. Meer dan de helft van het geld ging naar water- en sanitaire voorzieningen, onderdak en levensonderhoud. Door de aanleg van waterpunten, het zuiveren van water en uitdelen van drinkwater werden bijna 100.000 mensen voorzien van veilig water.
In eigen levensonderhoud voorzien
Om uitbraak van ziekten te voorkomen werden meer dan 45.000 hygiënekits (met zeep, wasmiddel, tandpasta en maandverband) uitgedeeld en ontvingen bijna 50.000 mensen hygiënevoorlichting. Ook werden er 14.000 tentzeilen en shelterkits (pakketten met slaapmatjes, dekens, touw en gereedschap) en meer dan 43.000 muskietennetten uitgedeeld. Meer dan 14.000 mensen ontvingen geld voor werk als puinruimen en het aanleggen van waterpunten en latrines, waarmee zij weer in hun eigen levensonderhoud konden voorzien. Voor meer informatie kun je het filmpje bekijken of het rapport lezen.
Speciale aandacht voor kinderen
Kinderen die door de ramp zijn getroffen kregen speciale aandacht. De samenwerkende hulporganisaties zorgden ervoor dat zij zo snel mogelijk weer naar school konden. Zo werden er bijna 100 tijdelijke klaslokalen gebouwd en ontvingen 12.000 kinderen schoolspullen.
Plan International Indonesië heeft na de ramp hulp geboden door onder andere zogenoemde Child and Adolescent- Friendly Spaces (CAFS, kindvriendelijke ruimtes) in te richten. Deze ruimtes bieden kinderen een veilige plek waar ze bijvoorbeeld psychosociale hulp ontvangen en onder begeleiding kunnen spelen. Het doel is dat kinderen en hun ouders de gebeurtenissen leren verwerken en hun normale dagelijkse activiteiten weer kunnen oppakken.
In het begin was ze stil, verlegen en bang om met andere kinderen te spelen
Weer spelen
Mutiara (11) is één van de kinderen die getroffen werd door de aardbeving. Ze was altijd al erg verlegen en de aardbeving had haar angstig gemaakt. Toen de CAFS-activiteiten begonnen in haar dorp, begon ze mee te spelen en mee te doen met het vertellen van verhalen. “In het begin was ze stil, verlegen en bang om met andere kinderen te spelen”, vertelt Norma, de lokale activiteitenbegeleider. Zij en haar collega’s bleven Mutiara dan ook aanmoedigen om mee te doen met de rest. Nu er een aantal maanden zijn verstreken begint ze vooruitgang te boeken. Ze krijgt steeds meer zelfvertrouwen om voor de klas te spreken en ze maakt nieuwe vrienden.
Lees hier meer persoonlijke verhalen van mensen die hulp ontvingen na de ramp.Dankbaar voor de steun
Actievoorzitter Marinus Verweij is trots dat de Nederlandse bevolking zo’n waardevolle bijdrage heeft geleverd: “De hulpverlening is in volle gang, de economie en markten functioneren weer en de bewoners werken zelf hard aan het herstel. De lokale hulpverleners en getroffenen geven aan dankbaar te zijn voor de steun uit Nederland.”
In afgelegen dorpen gaat het herstel soms nog langzaam vanwege de vernielde infrastructuur en nieuwe aardverschuivingen in het regenseizoen. Een deel van de bewoners van de kustgebieden waar de tsunami toesloeg woont nog in tentenkampen. Het zorgen voor huisvesting voor deze mensen is een grote uitdaging die tijd kost.
Wat gebeurt er de komende tijd?
De komende tijd zullen alle huidige werkzaamheden en activiteiten, zoals het opzetten van tijdelijke klaslokalen, het bieden van financiële ondersteuning, trainingen en communitybuilding, verder afgerond worden. Om de duurzaamheid van de projecten te vergroten, wordt er nauw samengewerkt met de lokale bevolking en overheden. Ook zal er veel aandacht besteed worden aan zaken zoals kindbescherming, geboorteregistraties, het voorkomen van kindhuwelijken en het stimuleren van een veilige leeromgeving.